Bij opties: het verschil tussen de prijs die je voor een optie betaalt en de intrinsieke waarde van die optie. Ook wel verwachtingswaarde genoemd. Stel dat je de eerdergenoemde optie bezit met uitoefenprijs 35 euro, terwijl de beurskoers 30 euro is. Is deze optie wat waard? Niet als de optie
morgen afloopt en het aandeel weinig beweging toont. Als het recht echter nog jaren duurt en de beurskoers forse bewegingen maakt, dan
zal de optie zeker geld waard zijn.
Intrinsieke waarde Opties zijn meer waard dan alleen hun intrinsieke waarde. Hoe langer de looptijd en hoe beweeglijker de onderliggende waarde, des te groter de verwachtingswaarde zal zijn. De verwachtingswaarde is het verschil tussen de prijs die je voor de optie betaalt en de intrinsieke waarde van de optie. Stel dat een optie met uitoefenprijs 25 euro 6,50 euro kost terwijl de beurskoers 30 euro is,
dan is de intrinsieke waarde 30 euro minus 25 euro ofwel 5 euro en de verwachtingswaarde 6,50 euro minus 5 euro ofwel 1,50 euro.
Verwachtingswaarde At the money-opties en out of the money-opties bezitten geen intrinsieke waarde; de waarde van deze rechten bestaat alleen maar uit verwachtingswaarde. De verwachtingswaarde van at the money-opties is het hoogst. Een calloptie hoeft immers maar iets naar boven te bewegen en de optie krijgt intrinsieke waarde. In the money-opties hebben zowel intrinsieke waarde als verwachtingswaarde.